vrijdag 27 april 2007

26 en 27 april

Donderdag heb ik samen met wethouder Hannie Kunst eerst een bijzondere ontmoeting met de regisseur en kampoverlevende Marceline Loridan-Ivens. Deze broze oude en waardige vrouw is de weduwe van de grote Nijmeegse zoon Joris Ivens. Zij komt enige malen per jaar naar Nijmegen om met haar medebestuursleden van de Joris Ivens Stichting te overleggen over de artistieke en historische nalatenschap van de wereldberoemde filmer. Vanzelfsprekend willen wij net zo graag als mevrouw Loridan dat de films van Ivens in Nijmegen bewaard blijven.
’s Middags ben ik in Delft met alle korpsbeheerders, korpschefs en hoofdofficieren van Nederland en samen met de ministers van Justitie en van BZK in conclaaf bijeen. We praten over de politieprioriteiten voor de komende jaren. Geweld, jeugdcriminaliteit, wijkgebonden politiezorg, prestatie-indicatoren, alles passeert de revue. Nuttig als we het op de hoofdlijnen eens zijn, dan is er ook geen reden om centraal in te grijpen, laat staan om de politie te nationaliseren.

Vrijdagochtend valt mijn eerste lintjesregen. Burgemeester De Graaf met de gedecoreerden na de uitreiking van de lintjes op de trap in de Vereeniging op 27 april 2007Zeg maar rustig forse bui. In Nijmegen zijn er liefst 25 Koninklijke Onderscheidingen uit te reiken, aanmerkelijk meer dan in een aantal andere grote steden. Is Nijmegen zo Oranjegezind of weten we zo goed onbaatzuchtige en vrijwillige bijdragen aan onze samenleving op waarde te schatten? Het is in ieder geval een feest in een volle Vereeniging. Ik ben een kleine 2 uur aan het woord om iedere gedecoreerde naar waarde toe te spreken. Sportcoach, ziekenbezoekster, professor, allemaal stralen ze als ik ze de medaille mag opspelden. In de grote vloed van lintjes zijn we bijna een rechthebbende mevrouw kwijt geraakt, maar dat komt op het laatste moment nog goed. Het oranjebittertje smaakt op een nog lege maag wat wrang, maar ach, het is maar eens per jaar lintjesfeest!

Ik maak ’s middags kennis met voorzitter en secretaris van de ondernemingsraad van de regiopolitie. Reële politiemensen met wie volgens mij goed valt te praten. Ook spreek ik met enkele raadsleden die samen met mij de griffiecommissie vormen. Een van die raadsleden, de plaatsvervangend voorzitter van de gemeenteraad, besluit de PvdA-fractie te verlaten en onafhankelijk verder te gaan. Ik vind dat om verschillende redenen geen goede gedachte.

Aan het eind van de middag breng ik een bezoek aan het vliegveld Weeze, zo’n 45 kilometer en een half uurtje van Nijmegen vandaag. Goed bereikbaar, een toenemend aantal bestemmingen met Ryanair als vaste partner en steeds populairder bij zowel Duitsers als Nederlanders vanwege de schaal, de snelle afhandeling, de sfeer en de vliegkosten. Goed voor Nijmegen, zowel zakelijk als toeristisch, al begrijp ik best dat er in het verleden verzet is geweest tegen de commerciële exploitatie van deze van oorsprong Engelse luchtmachtstrip.

’s Avonds laat mijn laatste klusje, maar wel een leuk klusje. Precies om 00.00 uur los ik met een heus startpistool het startschot voor de Batavierenrace. Honderden lopers staan hier aan de start, het kameelneusje van ruim 8000 deelnemers. Wethouder Paul Depla is naar Enschede afgereisd om daar een stuk in een VIP-team mee te lopen. Zo houdt hij zijn burgemeester uit de wind.

woensdag 25 april 2007

Toespraak: Landelijk Congres der Bestuurskunde

Dames en Heren,

Ik wil u van harte welkom heten op het Landelijk Congres der Bestuurskunde 2007, maar uiteraard wil ik u in het bijzonder welkom heten in Nijmegen. Het congres wordt dit jaar georganiseerd door studenten van onze eigen Radboud Universiteit Nijmegen. Al bijna 85 jaar zijn de stad Nijmegen en de universiteit onlosmakelijk met elkaar verbonden. En daar zijn we trots op, want Nijmegen ontleent een belangrijk deel van haar karakter en uitstraling aan de aanwezigheid van de universiteit en de mensen die er werken en studeren.

Nijmegen is de oudste stad van ons land, en ook daar zijn we trots op. Terwijl men rond het begin van de jaartelling boven de rivieren nog gehuld ging in berenvellen, stond er hier in Nijmegen al een enorme castra - een Romeinse legerplaats - waar meer dan vijfduizend soldaten gelegerd waren. Daaromheen was een grote burgernederzetting, men verhandelde goederen op een grote marktplaats en er was zelfs een amfitheater met duizenden zitplaatsen. Terwijl elders in de lage landen nog recht werd gesproken met de knots en de vuist, kende Nijmegen al een geciviliseerde vorm van stadsbestuur en rechtspraak.

Kortom, Nijmegen is een uitstekende ambiance voor het Landelijk Congres der Bestuurskunde. Want hier is vandaag en morgen de crème de la crème van de Nederlandse politiek en wetenschap bij elkaar. Samen met de studenten - de bestuurskundigen van morgen - buigen ze zich over de vraag wat de uitdagingen van de 21ste eeuw zijn en welke overheid daar het beste bij past. Als u het mij vergeeft dat ik even kort door de bocht ben, u gaat twee dagen denken en praten over “de toekomst van de overheid” en “de overheid van de toekomst”.

25 april

De verenigde bestuurskunde-studenten komen vandaag en morgen in het Triavium bijeen. Voor hun Landelijk Congres der Bestuurskunde hebben ze een keur van sprekers weten te strikken. Helaas wel alleen maar witte mannen van middelbare leeftijd, zeg maar mijn type. Hoewel het misschien niet erg aardig is, zeg ik er in mijn openingswoord wel wat van. En overigens ook geen allochtone sprekers, ik zie ook weinig studenten van Turkse, Marokkaanse of Antilliaanse achtergrond, terwijl er meer dan een miljoen mensen van niet-westerse afkomst in ons land wonen. Het thema van het congres is de overheid van de toekomst, maar daarin is zo blijkt vandaag nog een lange weg te gaan. In mijn toespraakje hekel ik ook de voornemens om 15 000 ambtenaren te “schrappen”, zonder eerst na te gaan waarom en welke taken je dan niet of minder wil doen. De beruchte Kaasschaaf hangt weer boven Den Haag en over een paar jaar zal blijken dat er uiteindelijk niets is veranderd. Kamerleden die vandaag om een kleinere overheid vragen, roepen morgen weer om extra maatregelen en dus extra ambtenaren om die uit te voeren.

Verderop de dag heb ik mijn gebruikelijke overleggen met de griffier over de raadsvergadering en met de korpschef en hoofdofficier over het beheer van de politie van Gelderland-Zuid. Ook verken ik samen met wethouder Jan van der Meer de mogelijkheden om de spoorinfrastructuur rondom Nijmegen te verbeteren. Landelijke investeringen zijn erg nuttig, maar de kans op een herstelde treinverbinding met Kleve zit er voorlopig niet in.
Tussendoor Radio Rijnmond die met mij terug wil blikken op de moord op Pim Fortuyn, 5 jaar geleden. Toen Fortuyn werd neergeschoten werd ik juist live geïnterviewd door Natascha Kuit voor dezelfde Radio Rijnmond. Bizarre dag, 6 mei 2002. De dag er voor hadden Fortuyn en ik nog gedebatteerd voor Radio 1, dezelfde middag kwamen we elkaar nog tegen in Breda bij lezersgesprekken van het dagblad De Stem. De plek waar hij werd neergeschoten, de parkeerplaats bij de 3FM -studio, had ik zelf de vrijdag ervoor nog aangedaan voor hetzelfde programma.

Op de Politieke Avond komt er eindelijk duidelijkheid in het debat over de verkoop van onze busmaatschappij Novio. Er komt wel een raadsonderzoek, maar geen enquête. En het gaat over het verkoopproces, maar niet alleen maar daarover. Coalitie en oppositie hebben elkaar gevonden, al kan één lid van de PvdA-fractie zich daar niet in vinden. De fractie van Gewoon Nijmegen stelt mij vragen over toenemende overlast van prostituees buiten de officiële tippelzone. Het lijkt er op dat er steeds meer dames uit andere steden en uit Oost-Europa hier werken, zij drukken lokale verslaafde hoertjes zogezegd uit de markt. We blijven natuurlijk handhaven maar gaan ook kijken wat we structureel kunnen doen.

maandag 23 april 2007

23 april

Twee berichten uit de krant die me vandaag opvallen.

Slechthorenden zijn aan het einde van de werkdag drie keer zo vaak doodop als werknemers met een goed gehoor. Bovendien heeft bijna tweederde van de slechthorenden grote moeite om goed te functioneren.
Zelf ben ik aan één oor fors doof en een gehoorapparaat helpt helaas niet echt. Ik heb daarmee leren leven en ben zelfs nog opgeklommen tot voorzitter van de Nationale Hoorstichting. Het klopt wat de krant zegt, je verbruikt meer energie, omdat je intenser moet luisteren, je beter moet concentreren en dus meer moeite moet doen om te communiceren.
Maar er valt heel goed mee te werken en leven als je deze handicap niet verbergt en er anderen juist deelgenoot van laat zijn. Iedereen is bereid rekening met je te houden (waar kan ik zitten, een beetje duidelijk praten, indien nodig een goede geluidsinstallatie enz.) als men het maar weet. Slechthorendheid is een probleem van meer dan een miljoen mensen. Er komen elke dag meer mogelijke handicaps bij door een te grote geluidsbelasting op het werk en vooral overmatig hard geluid in disco’s en op MP3-spelers. Het wordt tijd dat Den Haag hier aandacht voor krijgt, omdat slechthorendheid zowel een sociaal als een economisch probleem is. In Amerika is bijvoorbeeld becijferd dat de economische schade als gevolg van slechthorendheid in de miljarden loopt. Meer geld voor preventie en wetenschappelijk onderzoek, meer bewustwording, maatschappelijke acceptatie van gehoorapparaten (een bril kan sexy zijn, nu dat oorknopje nog).

En het andere bericht is dat minister Guusje ter Horst wil dat er meer vrouwen burgemeester worden. Helemaal mee eens. Ze wil desnoods zelf ingrijpen om te zorgen dat de burgemeesters samen meer een afspiegeling van de samenleving vormen. Helemaal niet mee eens. Ik dacht dat we eindelijk van de Haagse bemoeienis af waren. Er is dan weliswaar geen rechtstreeks gekozen burgemeester, maar wel een praktijk dat de kandidaat die door de gemeenteraad is uitverkoren zonder dralen door de minister voor benoeming wordt voorgedragen. Daar past geen eigen afweging meer bij. Dus ondanks alle goede bedoelingen: Guusje, laat de gemeenteraad maar kiezen, niet de achterkamers van Den Haag.

Vandaag tussen alle vergaderingen door ook nog even minister André Rouvoet gesproken, die op zijn 100 dagen-tour de Nijmeegse GGD aandoet. Hij krijgt geloof ik de smaak van het regeren te pakken. Het is knap lastig om met slechts een enkele collega in de Ministerraad de belangen van je partij te behartigen en ook nog als vakminister je werk goed te doen, ik kan er over meepraten. ’s Avonds het eerste deel van de filmavond Nijmegen Blijft in Beeld bijgewoond in De Vereeniging. Prachtige beelden van onze stad uit de jaren twintig en dertig (een net aangelegde Waalbrug) en ook van de installatie van mijn vader. Ik zie mezelf als een nieuwsgierig jochie van 10 jaar in de camera kijken. Toen ook al…

vrijdag 20 april 2007

19 en 20 april

Vanochtend krijg ik bezoek van mijn voor-voorganger Ed d’Hondt. Hij is voorzitter van de Stichting Parlementaire Geschiedenis, die samen met de Radboud Universiteit (en met veel rijksmiddelen) het in Nijmegen gevestigde Centrum voor Parlementaire Geschiedenis exploiteert. Het bestuur wordt gevormd door leden van de Eerste en Tweede Kamer maar de onafhankelijke voorzitter is niet toevallig een Nijmeegse (oud-) burgemeester. Het is de bedoeling dat ik Ed ga opvolgen en dat doe ik met veel plezier. Zelf was ik bijna 8 jaar bestuurslid tijdens mijn Kamerperiode en in mijn studietijd was ik assistent en onderzoeker op het Centrum dat ooit door de fameuze professor Frans Duynstee werd opgericht. Het CPG is nu in de capabele leiding van professor Carla van Baalen en de publicaties over de naoorlogse geschiedenis van onze parlementaire democratie volgen elkaar in snel tempo op. Leuk om te doen en goed voor Nijmegen!

Ik heb vandaag de nodige vergaderingen, waaronder de bijeenkomst van de Nijmeegse driehoek en een overleg van het Dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid. Aan het einde van de middag, maar helaas door de files later dan gepland, ben ik in Den Haag aanwezig op het afscheid van Leon van Halder als directeur-generaal bij het ministerie van BZK. León en ik hebben tijdens mijn ministerschap intensief samen opgetrokken rond de gekozen burgemeester, het grotestedenbeleid, kwesties rond paspoorten en reisdocumenten en het binnenlands bestuur. Maar het meest intens was wel onze poging om de verhoudingen tussen Nederland en de Nederlandse Antillen structureel te veranderen en te verbeteren. Ik geloof dat wij daar een behoorlijke bijdrage aan hebben kunnen leveren. Ook in zijn nieuwe functie als eerste adviseur van minister Ella Vogelaar zal ik hem hopelijk vaak spreken. Om te beginnen graag over de 40 prachtwijken waar Hatert er één van is.

Aan het slot van de week vergader en lunch ik onder meer met de burgemeesters van de kring Nijmegen e.o., dit keer in Beneden-Leeuwen op uitnodiging van collega Thomas Steenkamp. We hebben het bijvoorbeeld over het burgemeesterlijk handwerk van de uitreiking van Koninklijke Onderscheidingen. De burgemeester heeft niet alleen een rol bij de uitreiking maar ook bij de (beoordeling van de) aanvragen en dat kan soms best lastig zijn.

Ik mag ook in een grote tent op een grasveld bij de Pink Floydstraat in Lent de prijzen uitreiken van de Nationale Metselwedstrijd voor jongeren. De prijswinnaars zijn allemaal eerste klas handwerklieden in de dop. Gezamenlijk hebben de jongens (ik heb geen meisjes gezien) door de Nijmeegse kunstenaar Jac Splinter ontworpen zitelementen voor een speelplek in de buurt gemetseld en gevoegd. Handig: bouw, kunst en scholing inéén!

Het laatste uur van de vrijdag is voor het wekelijks café van De Gelderlander in de Foyer. Burgemeester De Graaf tijdens het nieuwscafé van De Gelderlander op vrijdag 20 april 2007 Ik word over mijn eerste 100 dagen ondervraagd door Rob Jaspers. Waarom ben ik eigenlijk niet wat politieker in deze eerste maanden, dat was Guusje (achternaam niet nodig) toch ook? Tsja, omdat de raad geen 7de wethouder wilde en het land nog niet toe is aan een heuse gekozen burgemeester, daarom. En overigens hoef je niet altijd op de haverkist te zitten om als bok toch heel effectief te zijn…

maandag 16 april 2007

15 en 16 april

Warme zondagmiddagen zijn er om lekker te luieren, op een bootje, in de tuin, in een verkoelend bad. Toch spoed ik mij naar de kelders van Maison De Bruijn. Het is belachelijk warm voor de tijd van het jaar en Al Gore heeft helemaal gelijk. Niettemin is de bijeenkomst de moeite waard. De gebroeders De Bruijn, 7de generatie, vieren het 47ste lustrum (reken zelf maar uit) van P. de Bruyn Wijnkopers en dat is wel een feestje waard. Samen met de Franse ambassadeur Michel Graussot smeer ik wat specie om daarmee uiterst professioneel een eerste steen voor de uitbouw van de opslagruimten te leggen. Het provisorisch muurtje wordt na vandaag natuurlijk weer afgebroken, maar die steen komt uiteindelijk ergens in een echte muur en dat is een mooie gedachte. Mijn Frans is gelukkig acceptabel, al gaat er wel eens wat mis met de werkwoordtijden. We drinken met honderden gasten een glas champagne, de Telegraaf-society-rubriek houdt een oogje in het zeil.

’s Avonds, als het nog steeds 22 graden is, ga ik op mijn hardloopschoenen de Zevenheuvelenweg verkennen. Ik geloof dat ik nog wel even trainen moet voordat ik de gelijknamige Loop in november zonder al te veel problemen aan kan.

Maandag is het Arnhem-Nijmegen-dag. Dat wil zeggen dat collega Pauline Krikke en ik een beetje van elkaars stad proeven. ’s Ochtends Arnhem, ’s middags Nijmegen. Burgemeesters De Graaf en Krikke tijdens hun dag meelopen in de andere gemeente op 16 april 2007 We fietsen door prachtige polders (nooit geweten dat Arnhem die heeft), bezoeken modekunst in Klarendal en kijken naar de vorderingen van het Arnhem Centraal project. In Nijmegen laat ik Pauline de bijzondere Limos-ontwikkeling zien en een paar projecten van de universiteit, waaronder het nieuwe Huygens-gebouw dat de koningin volgende maand komt openen. Allemaal zeer de moeite waard, maar het is vooral goed dat we de tijd hebben om een hele dag samen op te trekken en dus ook veel met elkaar te praten. Pauline is een enige collega met wie ik het al van oudsher goed kan vinden. Een goede band lijkt me alleen maar nuttig voor de samenwerking tussen beide steden. De derby’s tussen NEC en Vitesse moeten natuurlijk allemaal glorieus door Nijmegen worden gewonnen, maar verder moeten we vooral goed samenwerken in plaats van concurreren. Tussen de biertjes en de bittergarnituur in het universiteitscafé vertellen we de pers dat we o.a. een gezamenlijke driehoeksvergadering gaan houden met de beide politiekorpsen, samen Den Haag gaan belobbyen voor meer geld voor grenssteden, onze herdenkingen meer op elkaar gaan afstemmen en zullen stimuleren dat de ondernemersnetwerken van beide steden vaker elkaar weten te vinden.

’s Avonds, als het opnieuw fantastisch weer is, eet ik met districtschef Aart Garssen op een terras aan de Waalkade en spoed ik mij nog even naar een ander restaurant in Malden om een Zilveren Waalbrugspeld uit te reiken aan de Nijmeegse horeca-exploitant Van Dekken. De man heeft ongeveer in elke binnenstadclub gezeten die je je maar kan bedenken. En hij ziet er niet uit alsof hij daarmee wil ophouden.

vrijdag 13 april 2007

Toespraak: Themamiddag Armoede en Caritas

Dames en heren,

Ik wil u hartelijk danken voor de gelegenheid om op deze bijeenkomst over “Armoede en caritas” het woord te voeren. De Dekenale Caritas Instelling, de organisator van deze middag, viert dit jaar haar 40-jarig bestaan. We moeten ons afvragen of een dergelijk jubileum een feestelijke, of juist een zorgelijke aangelegenheid is. De afgelopen decennia is de behoefte aan caritas voor de zwakkeren in onze samenleving kennelijk niet minder geworden, zelfs integendeel.

Armoede is van alle tijd, en we moeten ook niet de illusie hebben dat we armoede volledig kunnen uitbannen: niet uit de wereld, en zelfs niet uit ons eigen welvaartslandje. Verschillen in rijkdom zullen er namelijk altijd zijn, en dan is er ook altijd iemand relatief de armste.

In vroeger tijden maakten armoede en armoedebestrijding een vast onderdeel uit van de samenleving. Liefdadigheid was heel gebruikelijk, bijvoorbeeld om weduwen en wezen te ondersteunen. In Nijmegen is op dat gebied de naam Stijn Buijs een begrip, de weduwe die vrijwel haar gehele nalatenschap bestemde voor de oprichting van een weeshuis in Nijmegen. Armenzorg was in de Middeleeuwen een vorm van barmhartigheid, waarmee mensen ook een bijdrage leverden aan hun eigen zieleheil. Er zijn zelfs perioden geweest waarin armoede een soort ideaal was en werd verheerlijkt. Die romantische invalshoek was echter geen lang leven beschoren.

12 en 13 april

Donderdag onder meer gesprekken met verschillende journalisten. Rob Jaspers van de Gelderlander komt buurten en daarna Jan Hoedeman van de Volkskrant. De laatste komt praten over de besluitvorming rond Irak ten tijde van Balkenende I (toen ik namens D66 oppositioneel woordvoerder was) en Balkenende II (toen ik deel uitmaakte van de regering en daar dus niet veel over kan zeggen). Ook vraagt hij mijn oordeel over het toekomstig koningschap van Willem Alexander. Die lijkt mij nu al zeer geschikt als Koning, zeker als hij ervoor zou kiezen een zekere afstand tot de politieke besluitvorming te houden. Ik heb daar eerder wel eens voor gepleit, wat toen voor een nogal heftig debat in de samenleving zorgde.

Ik ontvang ook Jan Bout van Haskoning en directeur René van Zanten van De Gelderlander om over hun project Mijn ideale stad te praten. Inspirerende ideeën over de trots van Nijmegenaren en hun mogelijkheden om samen de stad nog beter en mooier te maken.

’s Avonds heb ik een mooi gesprek met Jeanne Kooymans in een Hilversumse studio. Het wordt pas zondagnacht van 22 op 23 april uitgezonden, dus doen we of het middernacht is. Als verrassing laat ze mij een radiofragment uit 1969 horen van mijn vader. Emotionerend, ik herken zijn stem nauwelijks en denk even dat ik mijzelf hoor.

Burgemeester De Graaf brengt op 13 april 2007 een werkbezoek aan Lux.Vrijdag breng ik o.a. een werkbezoek aan Lux. Onder leiding van bestuursvoorzitter Jaap Modder krijg ik in rap tempo een goed overzicht van de mogelijkheden, de successen en de ambities van het art- en filmhouse annex debatcentrum, dat inmiddels landelijk naam heeft gekregen. Ik werk er graag aan mee die faam nog verder te vergroten.

Voor het 40 jarig bestaan van de Dekenale Caritas Instelling houd ik in De Vereeniging een voordracht over caritas en armoede. Nijmegen doet veel aan armoedebestrijding, zowel de gemeente als de lokale samenleving. Het DCI is daar een goed voorbeeld van. Ik maak mij boos over de misleidende en verlokkende reclames van postorderbedrijven en (vooral) ‘goedkope’ kredietinstellingen, die inspelen op de zwakheden van mensen die geen maat kunnen houden en al vele schulden hebben. Voor drank- en sigarettenreclames gelden allerlei beperkende voorschriften, voor deze sector nagenoeg niets. Toch is hier de geestelijke gezondheid in het geding…

Aan het eind van de vrijdagmiddag op tijd in de Looimolen, waar SOS Telefonische Hulpdienst een feestje viert vanwege het 35 jarig bestaan. Dat is wel een bezoekje waard, maar de echte aanleiding voor mijn komst is de Koninklijke Onderscheiding voor één van de vrijwilligsters die al 25 jaar telefonische hulp en ondersteuning in moeilijke tijden heeft gegeven. Ik speld de onderscheiding op en geef 3 zoenen. Dat worden er uiteindelijk 6, want de eerste keer was er geen fotocamera in de aanslag. Een mooi begin van het weekend!

woensdag 11 april 2007

10 en 11 april

Een paar dagen uitblazen in Normandië doet wonderen. Prachtig weer, fietsen, hardlopen, wat lezen, familie en vrienden zien, dat zijn essentialia in het leven. Ook brokken Matthäus Passion op de cd beluisterd, nu er geen gelegenheid was om een opvoering bij te wonen. Zou de St. Stevenskerk een mooie Matthäus-akoestiek hebben?

Hoewel ik eigenlijk had gepland een dagje extra vrij te nemen, was ik weer present bij de collegevergadering. Woensdag vergaderde ik ’s ochtends in Den Haag op het kantoor van de Nationale Coördinator Terrorismebestrijding met de Adviescommissie Informatiestromen Veiligheid, ons eerste rapport aan de ministers van Justitie en BZK nadert zijn voltooiing.

Ik ben op tijd terug voor het “100 dagen-interview” met de Gelderlander. Rare termijn, 100 dagen. Omdat Franklin D. Roosevelt in de eerste 100 dagen van zijn eerste termijn als president tal van wetsvoorstellen bij het Congres aanhangig maakte, denkt nu iedereen dat dit een heilig getal is. Zelfs het kabinet B IV denkt nu binnen 100 dagen met de hele samenleving te moeten hebben gesproken, anders faalt het al aan de start. Ik neem liever als burgemeester een ruimere termijn, laat mij maar eens een eerste jaar overal aan wennen, meekijken, meedenken, praten, leren kennen, opsnuiven, proberen (en fouten maken). Mijn ambities heb ik al eerder geformuleerd: zorgvuldig en integer bestuur, veiligheid, een sterk en aantrekkelijk imago van de stad en trotse Nijmegenaren. In de afgelopen maanden ben ik er bovendien van overtuigd geraakt dat onze sleutel voor een deel ook in Duitsland en in de grensoverschrijdende samenwerking te vinden is.

’s Avonds een lange en soms zware vergadering van de gemeenteraad. Het bosje van Vroom en de atletiekbaan beroeren gevoelige snaren in de wijk Brakkestein. Veel inwoners volgen de bespreking en laten hun gevoelens blijken, overigens heel netjes nádat de raadsleden hebben gesproken en niet tijdens het debat. De verkoop van NOVIO dreigt een continuing story te worden. Na een felle eerste termijn wordt op verzoek van de oppositie de behandeling geschorst tot over twee weken. Dit is niet het gemakkelijkste onderwerp sinds ik hier ben aangetreden. PvdA-raadslid Stijn Verbruggen blijkt het volksvertegenwoordigende hart op de juiste plek te hebben. Ondanks dat hij de dag ervoor vader is geworden van een wolk van een dochter, is hij in de loop van de avond toch aanwezig. Op zijn T-shirt staat ‘Trotse vader’. Nuttige informatie voor wie zijn gezicht nog niet had gezien.

zondag 8 april 2007

17 en 18 april

Het college vergadert voor de verandering in het gebouw van de Hogeschool Arnhem-Nijmegen. Dat doen we omdat we worden gescreend door het gezondheidsinstituut Seneca. Het college tijdens de sportscreeningstest op 17 april 2007 in het kader van het thema Nijmegen, de gezonde stad In het kader van het jaar van De Gezonde Stad geeft het college het goede voorbeeld en onderwerpt zich geheel vrijwillig aan testen die onverbiddelijk uitwijzen dat er bij deze en gene (de burgemeester voorop) nog wel een pondje af mag. De conditie van het college is echter puik en dat bedoel ik niet alleen fysiek. Het is zuiver toeval dat het vandaag de verjaardag is van sportwethouder Paul Depla.

’s Middags bezoeken we de wijk Hengstdal. Gelukkig blijken er geen grote problemen in de wijk al blijft er altijd wel het een en ander te klagen en te verbeteren. Nogal wat bewoners in de buurt van de Maartenskliniek hebben bijvoorbeeld parkeeroverlast van werknemers van de kliniek. Wethouder Jan van der Meer zoekt naar oplossingen. Een enkele buurvrouw blijkt ook wel eens last te hebben van lawaai en licht van het AZC op het Limosterrein. Toch gaat het in het algemeen erg goed in dit centrum, waar vooral mensen verblijven die mogen hopen op een status die ze een langer verblijfsrecht in Nederland geeft.

‘s Avonds bezoek ik samen met wethouder Lenie Scholten een prachtig concert van de Stichting Kamermuziek Nijmegen. Bijna 25 jaar geleden hoorde ik in De Vereeniging dezelfde reeks het Orlando-kwartet met pianist Yoeri Egarov het piano-quintet van Brahms opvoeren. En nu doen het Rosetti-kwartet en de Franse pianist Jean-Yves Thibaudet hetzelfde en met eenzelfde brille. Het wat oudere publiek in de tjokvolle Vereeniging gaat beschaafd uit z’n bol.

De volgende ochtend komen de heren Van der Laar en Van Groningen van de carnavalsvereniging De Blauwe Schuit mij foto’s brengen van mijn vader en moeder tijdens carnavalsbijeenkomsten van 30 à 35 jaar geleden. Erg aardig. Ik zie dat ik uiterlijk meer van mijn vader krijg. Wat zijn mensen toch ontzettend attent!

Vandaag ook een werkbezoek aan Iriszorg, voorheen De Grift, de instelling die veel op het vlak van maatschappelijke opvang in Nijmegen doet. Werkbezoek burgemeester De Graaf aan Iriszorg op 18 april 2007 Met de directeur bezoek ik onder meer mijn oude school aan de Van Schevickhavenstraat, waar nu verslaafden en daklozen worden opgevangen. Goed dat het gebeurt, raar dat er wordt gerookt en gespoten op de plek waar ooit Ovidius werd gelezen.
Verder ontvang ik het 4 / 5 Mei Comité Nijmegen, dat vanzelfsprekend een uiterst belangrijke rol speelt bij de herdenkingen en viering van de bevrijding. Hoewel ook andere data belangrijk en herdenkbaar zijn, zoals de dag van het Nijmeegs bombardement of het einde van de oorlog in de Pacific, blijven 4 en 5 mei de symbolische dagen van het leed en van de vrijheid. Ik zal over een paar weken deze dagen voor het eerst weer in Nijmegen meemaken.

Hopelijk zullen ook de nieuwe Nederlanders die ik vandaag hun naturalisatie-certificaat heb uitgereikt deze bijzondere dagen met ons mee gedenken. Burgemeester De Graaf tijdens de naturalisatieceremonie op woensdag 18 april 2007 Zij horen er immers echt bij. De ceremonie die we in Nijmegen voor de naturalisatie hebben bedacht, mag wat mij betreft nog wel iets meer cachet krijgen. Een vlag bijvoorbeeld en een keertje het Wilhelmus laten horen. Zonder te overdrijven, mogen wij allemaal best trots zijn op ons Nederlanderschap.

woensdag 4 april 2007

2 tot en met 4 april

Maandag spreek ik onder meer met de regionale brandweercommandant a.i. Joop Snieder. Zijn opdracht is niet zo gemakkelijk, namelijk een structuur te vinden voor de regionalisering van de brandweer en rampenbestrijding in de hele regio Gelderland Zuid. Daartoe is nu als eerste stap afgesproken dat de lokale commandanten uiterlijk per 1 januari 2009 in regionale dienst zullen treden. De verwachting was dat men in Den Haag onverdroten voort zou gaan met de opbouw van Veiligheidsregio’s waarin brandweer, geneeskundige hulp bij rampen en ongevallen en ambulancezorg in opgaan. Een klein zinnetje in het regeerakkoord, dat door toedoen van de ChristenUnie er in schijnt te zijn gekomen, roept echter weer twijfels op: de regionalisering zou niet verplichtend zijn. Tsja. Ik heb op een landelijke bijeenkomst onlangs aan minister Guusje ter Horst gevraagd snel duidelijkheid te verschaffen over de intenties van het kabinet.

’s Avonds is er, mede naar aanleiding van mijn aantreden in Nijmegen, in de voormalige Commanderie van St. Jan, een reünie georganiseerd van vrienden en bekenden die in de late jaren zeventig en vroege jaren tachtig actief waren in de toenmalige Nijmeegse afdeling van D66. Sommige mensen heb ik meer dan twintig jaar niet meer gezien. Het is een warm weerzien van oud-raadsleden en oud-bestuurders. Met de meesten is het goed gegaan in hun leven, een enkeling heeft wel heel veel tegenslag te verduren gehad. Dat nagenoeg iedereen die door initiatiefnemers Peter Hermsen, Herman Albeda Jelgersma en Ruud Marsman werd benaderd is komen opdagen, zegt iets over de band die in die pioniersjaren werd gesmeed. Met sommigen heb ik contact onderhouden, anderen kwam ik in partijverband nog regelmatig tegen. Een enkeling is, zonder fraaie snor en flink afgeslankt, nauwelijks meer herkenbaar.

Dinsdagmorgen is de gebruikelijke collegevergadering, maar deze ochtend laat ik het voorzitterschap de eerste twee uren aan Paul Depla over, zodat ik naar de herdenkingsdienst voor Ria van Gent kan gaan. Ria was actief in het Nijmeegse carnaval, onder meer als secretaris van de Stichting Openbaar Carnaval Nijmegen. Ik kende haar nauwelijks, maar hou goede herinneringen aan haar als mijn begeleidster op mijn eerste rondje Knotsenburg jongstleden februari. Ze is plotseling uit haar gezin weggerukt en het verdriet in de Molenstraatkerk is groot. Helaas kan ik door de povere geluidsinstallatie pastor Van Welzenes maar matig verstaan.
’s Middags onder meer een gesprek met de onafhankelijke klachtencommissie van de politieregio Gelderland Zuid, onder leiding van mr Bernadette Weusten. De politie wordt geacht zoveel mogelijk zelf oplossingen te zoeken voor onvrede over de wijze waarop mensen zijn bejegend, maar als het niet in der minne kan worden geschikt, komt de klachtencommissie er aan te pas. Die hoort de klager, past wederhoor toe en adviseert de korpsbeheerder over de afdoening van de klacht. Ik uit als mijn voornemen dat ik zo weinig mogelijk van het oordeel van de klachtencommissie zal afwijken en als ik dat onverhoopt wel wil doen, ik dat eerst met de commissie zal bespreken.

Woensdag spreek ik onder meer met de directeur van een woningcorporatie over gezamenlijke inspanningen voor leefbare wijken. Samen met gemeentesecretaris Pier Eringa ontvang ik vervolgens twee edelsmeden die ontevreden zijn over de vorig jaar afgesproken procedure om aan een nieuwe (reserve-) ambtsketen te komen. Die procedure kon inderdaad beter en dat laten wij beide dames weten. Burgemeester De Graaf tijdens zijn bezoek aan het centrum en de benedenstad op 4 april 2007 ’s Middags loop ik in het kader van mijn hernieuwde kennismaking met de Nijmeegse wijken met wijkmanager en wijkagent door de binnen- en de benedenstad. Horeca, coffee- head- en smartshops, prostitutiepanden, tippelzone en afwerkloods (ik wist tot voor kort niet dat het woord bestond), alles passeert de revue. Op de hoek van de Lange Hezelstraat en de Nieuwmarkt zoek en vind ik de herdenkingssteen voor Jan van Hoof. Burgemeester De Graaf bij de gedenksteen voor Jan van Hoof In tegenstelling tot wat veel mensen denken, vond hij niet de dood bij de Waalbrug maar hier op deze kruising, toen hij als gids van een Britse jeep probeerde de spoorbrug te bereiken.
Aan het einde van de middag spreek ik de vertegenwoordigers van de bewonersorganisaties van verschillende wijken die met de Vierdaagsefeesten van doen hebben. Ze hebben zich eendrachtig en goed georganiseerd en hebben een vruchtbare samenwerking met het ACBN. Ik hoop voor hen en voor mijzelf dat de komende feesten spetterend, fraai, drukbezocht, veel omzetgenerend en vooral erg veilig zullen verlopen…

’s Avonds met de (eigen) auto een paar dagen naar Frankrijk om te genieten van de lentezon en een vredige Pasen.